MILJARDEN FLARDEN 116
MILJARDEN FLARDEN 116
Ik dateer uit de tijd van de Marc’en, de Luc’en, de Johans, de Rita’s, de Linda’s, de Marijkes. Sommigen schreven Mark, of Luuk, of zeiden Jo. Wat de leden van het ‘andere’ gevaarlijke geslacht met hun namen deden, wist ik niet zo goed, want die werden onderwezen in versterkte burchten met schietgaten, vergeetputten, valbruggen, bewaakt door een leger in tentachtig textiel gehulde non-believers met een stijf staketsel op hun hoofd, genaamd ‘kap’. Deze zogenaamde ‘zusters’ torsten andere namen: Mechtildis, Prudentia, Marie-Apronia. Sommige Marc’en, Luc’en of Johans leerden voor kapper. Een voetnoot over een hoofdzaak door de Schrijver van Miljarden Flarden, geheel de uwe.