MILJARDEN FLARDEN 239

MILJARDEN FLARDEN 239 

Mijn laatste ouder is nu ongeneeslijk dood. (Lange tijd had ik diverse ouderen: groot – twee paar; en gewoon – een stel). Ik was haar eersteling, de voorlopig ongestorvene, bijgenaamd ‘de oudste’. Haar panorama op de straat is niet langer meer bewasemd. De pan op het fornuis wijst steels naar af. Haar schoolpalmares met eerste prijzen is nu in andere handen. Haar viool is onvoltooid verleden tijd. In het tuinhuis heerst nog oude munteenheid. Een spin vergist zich van seizoen. Geen appelgeur waait aan. Het is stof dat schrikt. Het huis is leeg als een doos. Dag vreemde ma. Het ga je goed. Vanwege de Schrijver van Miljarden Flarden, geheel de uwe. 

Populaire posts van deze blog

MILJARDEN FLARDEN 01

MILJARDEN FLARDEN 201

MILJARDEN FLARDEN 150